terug naar de index
  
Het Nationaal Verkeers- en Vervoersplan (NVVP) over kilometerheffing
3.2.3 - Variabilisatie: accijnzen of kilometerheffing

Een belangrijke stap naar een betere bereikbaarheid is meer variabilisatie: er wordt meer betaald voor het autogebruik en minder voor het autobezit. Dit leidt gemiddeld gezien niet tot extra lasten voor de automobilist maar wel tot minder autogebruik en dus tot minder belasting van de infrastructuur en minder uitstoot van emissies.

Brandstofaccijnzen zijn in principe een goede manier om de consument direct en herhaald te confronteren met de kosten van mobiliteit. Zoals in het Regeerakkoord is vastgelegd zal verhoging van de brandstofaccijnzen, onder gelijktijdige verlaging van de motorrijtuigenbelasting, afhankelijk zijn van de ontwikkelingen in Duitsland en België. Besluitvorming komt aan de orde bij de ijkmomenten van de Uitvoeringsnota klimaatbeleid. Nederland streeft er naar om verhoging van het minimumniveau van accijnzen op motorbrandstoffen hoog op de Europese agenda te zetten.

Omdat het accijnsinstrument beperkingen kent in mogelijkheden voor differentiatie en vanwege de grenseffecten, worden de mogelijkheden voor een kilometerheffing onderzocht. Gestreefd wordt naar een 'intelligente' vorm van kilometerheffing, in te voeren rond 2010, die kan differentiëren naar tijd, plaats, voertuig en wegbeheerder. Er zijn nog veel vragen te beantwoorden op het gebied van uitwerking, invoering, tarieven, fraudegevoeligheid, kosten en effecten. Bij het ontwikkelen van het instrument kilometerheffing is Europese afstemming gewenst zodat er niet verschillende systemen voor kilometerheffing ontstaan (Europese interoperabiliteit). Bij invoering komt kilometerheffing in de plaats van vaste heffingen (variabilisatie). In ieder geval wordt gedacht aan variabilisatie van de motorrijtuigenbelasting en mogelijk (een deel van) de belasting personenauto's en motorrijwielen (BPM). Er zijn positieve effecten te verwachten van vergaande variabilisering. Daarbij zij aangetekend dat installatie van een geavanceerd kilometerheffingssysteem financieel slechts haalbaar is wanneer aangesloten wordt bij andere ICT-systemen in en om de auto.

 

5.2.1 - Variabilisatie: differentiatie naar milieubelasting

In het Regeerakkoord is aangegeven dat het autogebruik meer moet worden belast en het autobezit minder. Dit betekent verhoging van de brandstofaccijns en verlaging van de motorrijtuigenbelasting. Hoewel verhoging van de brandstofaccijnzen het meest voor de hand liggende instrument voor variabilisatie is, betekent dat een permanente afhankelijkheid van het beleid van buurlanden. De ontwikkeling van een kilometerheffing is een goed alternatief: de consument betaalt dan naar rato van het aantal afgelegde kilometers. Variabilisatie brengt in principe geen extra kosten met zich mee voor de weggebruiker. Het toerekenen van variabele in plaats van vaste kosten confronteert de gebruiker met de prijs van elke autorit. Naar verwachting zullen consumenten een bewustere afweging maken bij het gebruik van hun vervoermiddelen. Dit leidt tot een efficiëntere benutting van schaarse middelen, zoals wegcapaciteit en leefomgeving.

De kilometerheffing is een geïntegreerd elektronisch systeem dat kan differentiëren naar milieubelasting, plaats en tijd. Het spitstarief kan er onderdeel van zijn. Op die manier zullen zowel bereikbaar-heidsdoelen als milieudoelen in één systeem worden samengebracht. Op de lange termijn wordt gestreefd naar volledige internalisatie: doorberekening van de maatschappelijke kosten voor alle vervoerwijzen. Recentelijk heeft het Centrum voor Energiebesparing hiertoe een eerste voorzet gedaan maar meer onderzoek is nodig.

De kilometerheffing zal zodanig worden vormgegeven dat er positieve effecten zullen zijn op de milieuprestaties van het voertuigenpark en emissies en geluidshinder zullen afnemen. Onderzoek zal al deze effecten in beeld brengen. De resultaten hiervan moeten voor 2004 beschikbaar zijn. Fiscale maatregelen die van invloed zijn op het autogebruik blijven een belangrijk actiepunt. Onderzoek naar 'vergroening' van het fiscale stelsel wordt voortgezet. Het gebruik van nieuwe, schone en zuinige technologie kan fiscaal worden gestimuleerd.

 

7.2.1 - Elektronische voertuigidentificatie

Door snelle technologische ontwikkelingen (bijvoorbeeld mobiele toegang tot het internet, elektronische identificatie) hebben voertuigen in de toekomst steeds geavanceerdere mogelijkheden. In combinatie met de snel voortschrijdende materiaaltechniek en vernieuwingen op het gebied van integraal ontwerpen leidt dat tot een continue vernieuwing van bestaande systemen. Bovendien werkt de industrie zoals vermeld hard aan apparatuur voor plaatsbepaling, communicatie en identificatie. Verkeer en Waterstaat onderzoekt de mogelijkheden voor de invoering van elektronische identificatie van voertuigen via een elektronisch kenteken. Wanneer een voertuig elektronisch kan worden geïdentificeerd, kan dat het be-gin zijn voor tal van commerciële toepassingen, maar ook voor taken die op de weg van de overheid liggen, zoals verkeersmanagement, de bestrijding van fraude met kentekenplaten en -bewijzen, incidentmanagement, snelheidshandhaving (verkeersveiligheid) en kilometerheffing. Ook voor andere vervoermiddelen, zoals de bromfiets en de fiets, komt voertuigidentificatie binnen handbereik. De proef met de zogeheten 'scoot tag', om greep te krijgen op de bromfietsdiefstallen, heeft succes. Dit geeft steun aan een brede invoering van de 'fiets tag', een ingebouwde chip die de identificatie en daarmee de opsporing van gestolen fietsen vergemakkelijkt. De invoering ervan vormt een speerpunt in het Integraal Veiligheidsplan van het kabinet.

Bron: www.minvenw.nl/rws/projects/nvvp/